ECHTSCHEIDING EN KINDEREN
kinderalimentatie
LET OP:
De regels voor het berekenen van kinderalimentatie en partneralimentatie zijn per 1 april 2013 gewijzigd.
Wij zijn druk bezig met het bestuderen van de nieuwe regels en met het herschrijven van onze teksten.
Voorlopig tref je hieronder nog de OUDE regels aan.
De regels voor het berekenen van kinderalimentatie en partneralimentatie zijn per 1 april 2013 gewijzigd.
Wij zijn druk bezig met het bestuderen van de nieuwe regels en met het herschrijven van onze teksten.
Voorlopig tref je hieronder nog de OUDE regels aan.
Hoe wordt kinderalimentatie berekend?
Aan kinderalimentatie zitten twee kanten.
De ene kant is: welk bedrag is er nodig voor de opvoeding en verzorging van de kinderen? Dat is de "behoefte". (Over de vraag hoe die behoefte wordt vastgesteld, meer hieronder.)
De andere kant is: is degene die dat bedrag zou moeten betalen, daartoe ook financieel in staat. En dat is de "draagkracht".
Het is natuurlijk toegestaan om voor kinderen meer te betalen dan wat strikt genomen hun behoefte is, maar in principe is de "behoefte" het maximale bedrag dat betaald moet worden.
Tegelijkertijd geeft ook de "draagkracht" aan welk maximum bedrag er betaald kan worden.
Kinderalimentatie is dus normaal gesproken nooit hoger dan de behoefte en ook nooit hoger dan de draagkracht.
De vaststelling van de behoefte gebeurt aan de hand van tabellen, en die behoefte kun je dus vrij gemakkelijk zelf vaststellen, zonder juridische of technische hulp.
Voor de vaststelling van de draagkracht is vrijwel altijd een uiterst ingewikkelde berekening nodig, waaraan je beter niet zelf kunt beginnen.
Wij zouden je aan willen raden om te proberen om zelf de behoefte vast te stellen aan de hand van de tabellen.
Is degene die de alimentatie moet betalen van oordeel dat dat redelijke en overkomelijke bedragen zijn om te betalen, dan ben je klaar.
Is de betaler van oordeel dat hij of zij de draagkracht mist om de alimentatie volgens de tabel te betalen, dan kun je alsnog overgaan tot het laten maken van een volledige alimentatieberekening.
De ene kant is: welk bedrag is er nodig voor de opvoeding en verzorging van de kinderen? Dat is de "behoefte". (Over de vraag hoe die behoefte wordt vastgesteld, meer hieronder.)
De andere kant is: is degene die dat bedrag zou moeten betalen, daartoe ook financieel in staat. En dat is de "draagkracht".
Het is natuurlijk toegestaan om voor kinderen meer te betalen dan wat strikt genomen hun behoefte is, maar in principe is de "behoefte" het maximale bedrag dat betaald moet worden.
Tegelijkertijd geeft ook de "draagkracht" aan welk maximum bedrag er betaald kan worden.
Kinderalimentatie is dus normaal gesproken nooit hoger dan de behoefte en ook nooit hoger dan de draagkracht.
De vaststelling van de behoefte gebeurt aan de hand van tabellen, en die behoefte kun je dus vrij gemakkelijk zelf vaststellen, zonder juridische of technische hulp.
Voor de vaststelling van de draagkracht is vrijwel altijd een uiterst ingewikkelde berekening nodig, waaraan je beter niet zelf kunt beginnen.
Wij zouden je aan willen raden om te proberen om zelf de behoefte vast te stellen aan de hand van de tabellen.
Is degene die de alimentatie moet betalen van oordeel dat dat redelijke en overkomelijke bedragen zijn om te betalen, dan ben je klaar.
Is de betaler van oordeel dat hij of zij de draagkracht mist om de alimentatie volgens de tabel te betalen, dan kun je alsnog overgaan tot het laten maken van een volledige alimentatieberekening.
TIP !
Hulp nodig bij het vinden van een goede advocaat familierecht, arbeidsrecht of huurrecht?
Wij vinden een goede advocaat voor jou! Gratis en vrijblijvend!
Wij vinden een goede advocaat voor jou! Gratis en vrijblijvend!
TIP !
Goede advocaten op vrijwel alle rechtsgebieden vind je bij Omnius.
Stel nú jouw vraag! (Helpdesk 7 dagen per week open.)
Stel nú jouw vraag! (Helpdesk 7 dagen per week open.)
De behoefte aan kinderalimentatie volgens de tabellen
Er is uitgebreid onderzoek gedaan naar de vraag hoeveel geld ouders aan hun
kinderen besteden. Daaruit is gebleken dat dat afhangt van een aantal factoren.
De belangrijkste factoren zijn:
- de hoogte van het gezinsinkomen (hoe hoger het inkomen, hoe meer er aan de kinderen wordt uitgegeven)
- het aantal kinderen (bij minder kinderen wordt er per kind gerekend meer uitgegeven)
- de leeftijd van de kinderen (iedere leeftijd heeft een eigen uitgavenpatroon).
De tabellen voor kinderalimentatie zijn op deze drie factoren gebaseerd. Wij zulen hier werken met een voorbeeld van de tabellen voor het eerste half jaar van 2010. De meest recente tabellen vind je op NVVR (klik op de link "Publicaties" en daarna op de link "Alimentatienormen"; voor de tabellen klik je daarna op de laatste "Bijlage"). Je vindt daar overigens ook de complete versie van het jaarlijkse "Tremarapport", waarin alle normen en rekenmethoden voor alimentatie worden omschreven, maar dat is zware kost.
- de hoogte van het gezinsinkomen (hoe hoger het inkomen, hoe meer er aan de kinderen wordt uitgegeven)
- het aantal kinderen (bij minder kinderen wordt er per kind gerekend meer uitgegeven)
- de leeftijd van de kinderen (iedere leeftijd heeft een eigen uitgavenpatroon).
De tabellen voor kinderalimentatie zijn op deze drie factoren gebaseerd. Wij zulen hier werken met een voorbeeld van de tabellen voor het eerste half jaar van 2010. De meest recente tabellen vind je op NVVR (klik op de link "Publicaties" en daarna op de link "Alimentatienormen"; voor de tabellen klik je daarna op de laatste "Bijlage"). Je vindt daar overigens ook de complete versie van het jaarlijkse "Tremarapport", waarin alle normen en rekenmethoden voor alimentatie worden omschreven, maar dat is zware kost.
Voorbeeld opzoeken behoefte kinderalimentatie
Kijk voor de laatste tabellen altijd even op
NVVR (en dan op Publicaties en daarna op
Alimentatienormen). (De tabellen die wij hier in ons voorbeeld gebruiken zijn die van
het eerste half jaar van 2010.)
Een voorbeeld van de "klassieke" situatie: twee kinderen van 10 en 14 jaar oud
verblijven bij moeder. Vader heeft een inkomen van € 3.000 netto per maand; moeder
heeft geen eigen inkomsten.
In tabel 1 zoeken we het aantal punten op, dat we daarna in tabel 2 gebruiken.
Omdat er 2 kinderen zijn, kijken we in Tabel 1 bij "1 van 2". Voor het kind van 10 jaar oud zien we 4 punten staan en voor het kind van 14 jaar oud 2 punten. (Beide kinderen zijn geboren ná 1 januari 1995, dus we gebruiken de rechterkant van de tabel.) In totaal is de score 6 punten.
Daarna gaan we naar tabel 2, waar we het zogenaamde "eigen aandeel kosten van
kinderen" gaan aflezen (daarover later nog meer). (Er zijn verschillende tabellen
voor 1, 2, 3 en 4 of meer kinderen.)
Bij 6 punten en een gezinsinkomen van € 3.000 komt het "eigen aandeel" op € 655. Dat is een bedrag voor beide kinderen samen, dus € 327,50 per kind per maand.
In de tabel is al rekening gehouden met het feit dat de verzorgende ouder de
kinderbijslag ontvangt. De totale kosten voor de kinderen minus die kinderbijslag
wordt genoemd: "eigen aandeel kosten kinderen", en dat is het bedrag dat we uit de
tabel kunnen aflezen.
Het eigen aandeel van de kosten kinderen moet door de ouders samen worden opgebracht. In ons voorbeeld had moeder echter geen inkomen, zodat hier door vader het volledige gevonden bedrag betaald zou moeten worden om de kosten van de kinderen te dekken. Let op! Het gaat hier nog steeds alleen maar om de berekening van de "behoefte" van de kinderen en dus niet om de vraag of vader daadwerkelijk financieel in staat is om dit bedrag te betalen. Vaak echter zal vader geen problemen hebben met het gevonden bedrag, en dan ben je klaar en hoeft er niet verder gerekend te worden.
Zou de vader van ons voorbeeld van oordeel zijn dat hij niet in staat is om het gevonden bedrag te betalen, dan zal er een berekening gemaakt moeten worden van zijn draagkracht, om te bezien of hij daadwerkelijk niet in staat is het volledige bedrag te voldoen. Daarover hieronder meer. Wat hebben we fout gedaan? We hebben, met opzet, voor het gemak even gesproken over het netto inkomen van vader. De officiële normen zeggen hierover:
Dit netto inkomen dient zo mogelijk volgens de thans geldende alimentatienormen te worden bepaald: afhankelijk van het soort inkomen volgens de bruto of netto methode. Indien de bruto methode wordt gebruikt, dient het gevonden besteedbare inkomen te worden verminderd met de door werkgever of uitkeringsinstelling vergoede inkomensafhankelijke bijdrage ZVW (vóór 2006 het werkgeversdeel ZFW). Geen rekening wordt gehouden met de fiscale voordelen als gevolg van fiscale aftrek van hypotheekrente, premie lijfrente en premie arbeidsongeschiktheidsverzekering.
Verder hebben we nog wat details weggelaten, die meestal niet erg belangrijk zijn. Ons idee hierboven was vooral om je een beetje een idee te geven hoe de rechter kijkt naar de behoefte van kinderen en niet om je tot op de cent precies te vertellen wat de alimentatie volgens de normen zou moeten zijn. Wil je precies de goede alimentatie volgens de normen vaststellen, dan zal er dus altijd een echte berekening gemaakt moeten worden.
Omdat er 2 kinderen zijn, kijken we in Tabel 1 bij "1 van 2". Voor het kind van 10 jaar oud zien we 4 punten staan en voor het kind van 14 jaar oud 2 punten. (Beide kinderen zijn geboren ná 1 januari 1995, dus we gebruiken de rechterkant van de tabel.) In totaal is de score 6 punten.

Bij 6 punten en een gezinsinkomen van € 3.000 komt het "eigen aandeel" op € 655. Dat is een bedrag voor beide kinderen samen, dus € 327,50 per kind per maand.

Het eigen aandeel van de kosten kinderen moet door de ouders samen worden opgebracht. In ons voorbeeld had moeder echter geen inkomen, zodat hier door vader het volledige gevonden bedrag betaald zou moeten worden om de kosten van de kinderen te dekken. Let op! Het gaat hier nog steeds alleen maar om de berekening van de "behoefte" van de kinderen en dus niet om de vraag of vader daadwerkelijk financieel in staat is om dit bedrag te betalen. Vaak echter zal vader geen problemen hebben met het gevonden bedrag, en dan ben je klaar en hoeft er niet verder gerekend te worden.
Zou de vader van ons voorbeeld van oordeel zijn dat hij niet in staat is om het gevonden bedrag te betalen, dan zal er een berekening gemaakt moeten worden van zijn draagkracht, om te bezien of hij daadwerkelijk niet in staat is het volledige bedrag te voldoen. Daarover hieronder meer. Wat hebben we fout gedaan? We hebben, met opzet, voor het gemak even gesproken over het netto inkomen van vader. De officiële normen zeggen hierover:
Dit netto inkomen dient zo mogelijk volgens de thans geldende alimentatienormen te worden bepaald: afhankelijk van het soort inkomen volgens de bruto of netto methode. Indien de bruto methode wordt gebruikt, dient het gevonden besteedbare inkomen te worden verminderd met de door werkgever of uitkeringsinstelling vergoede inkomensafhankelijke bijdrage ZVW (vóór 2006 het werkgeversdeel ZFW). Geen rekening wordt gehouden met de fiscale voordelen als gevolg van fiscale aftrek van hypotheekrente, premie lijfrente en premie arbeidsongeschiktheidsverzekering.
Verder hebben we nog wat details weggelaten, die meestal niet erg belangrijk zijn. Ons idee hierboven was vooral om je een beetje een idee te geven hoe de rechter kijkt naar de behoefte van kinderen en niet om je tot op de cent precies te vertellen wat de alimentatie volgens de normen zou moeten zijn. Wil je precies de goede alimentatie volgens de normen vaststellen, dan zal er dus altijd een echte berekening gemaakt moeten worden.
Toch een alimentatieberekening laten maken?
Er zijn verschillende situaties waarin je er niet onderuit komt om toch een
echte berekening te laten maken.
(Wij zouden het niemand aanraden om hier zelf aan te beginnen; het is eenvoudigweg te gecompliceerd; geloof je dat niet, lees dan het volledige Tremarapport en de Bijlagen maar eens rustig door; zie de link hierboven naar de NVVR). Hebben beide ouders precies hetzelfde inkomen en (even los van de kinderen) precies dezelfde lasten, dan zou je er over kunnen denken om niet te gaan rekenen en om gewoon ieder de helft van de hierboven gevonden bedragen te betalen. In de praktijk is er echter bijna altijd verschil in inkomen en lasten en dan zal er toch een serieuze alimentatieberekening gemaakt moeten worden. Als degene die de alimentatie moet betalen, van mening is dat hij of zij de draagkracht niet heeft om de hierboven gevonden kinderalimentatie te betalen, dan zal er ook een formele alimentatieberekening nodig zijn. Een ander argument is dat het bij alimentatie om grote bedragen gaat, zeker als je het uitrekent over alle jaren dat er betaald gaat worden. De kosten van een goede alimentatieberekening (misschien een paar honderd euro) vallen als snel in het niet bij de bedragen die betaald c.q. ontvangen gaan worden. Kom je in aanmerking voor een toevoeging, pro deo (subsidie op advocaatkosten) dan hoef je niet apart te betalen voor een alimentatieberekening; die wordt dan door jouw advocaat gemaakt.
Moet je de berekening op eigen kosten laten maken en heb je nog geen advocaat, google dan een beetje op "alimentatieberekening" en zoek een betrouwbaar bureau uit, bij voorkeur een rekenbureau van een advocatenkantoor. (Voordeel van een advocaat is dat er niet alleen botweg wordt gerekend, maar dat er ook rekening gehouden wordt met uitspraken van rechters over de manier waarop moet worden gerekend; verder is er een zekere waarborg van kwaliteit, en zijn er mogelijkheden om te klagen als het geleverde werk toch niet goed zou zijn.)
(Wij zouden het niemand aanraden om hier zelf aan te beginnen; het is eenvoudigweg te gecompliceerd; geloof je dat niet, lees dan het volledige Tremarapport en de Bijlagen maar eens rustig door; zie de link hierboven naar de NVVR). Hebben beide ouders precies hetzelfde inkomen en (even los van de kinderen) precies dezelfde lasten, dan zou je er over kunnen denken om niet te gaan rekenen en om gewoon ieder de helft van de hierboven gevonden bedragen te betalen. In de praktijk is er echter bijna altijd verschil in inkomen en lasten en dan zal er toch een serieuze alimentatieberekening gemaakt moeten worden. Als degene die de alimentatie moet betalen, van mening is dat hij of zij de draagkracht niet heeft om de hierboven gevonden kinderalimentatie te betalen, dan zal er ook een formele alimentatieberekening nodig zijn. Een ander argument is dat het bij alimentatie om grote bedragen gaat, zeker als je het uitrekent over alle jaren dat er betaald gaat worden. De kosten van een goede alimentatieberekening (misschien een paar honderd euro) vallen als snel in het niet bij de bedragen die betaald c.q. ontvangen gaan worden. Kom je in aanmerking voor een toevoeging, pro deo (subsidie op advocaatkosten) dan hoef je niet apart te betalen voor een alimentatieberekening; die wordt dan door jouw advocaat gemaakt.
Moet je de berekening op eigen kosten laten maken en heb je nog geen advocaat, google dan een beetje op "alimentatieberekening" en zoek een betrouwbaar bureau uit, bij voorkeur een rekenbureau van een advocatenkantoor. (Voordeel van een advocaat is dat er niet alleen botweg wordt gerekend, maar dat er ook rekening gehouden wordt met uitspraken van rechters over de manier waarop moet worden gerekend; verder is er een zekere waarborg van kwaliteit, en zijn er mogelijkheden om te klagen als het geleverde werk toch niet goed zou zijn.)